Jan Rietman, destijds een jongen in de puberleeftijd:
“Mijn vader vond het de laatste maanden van de oorlog te gevaarlijk worden in de stad met al die bombardementen. Toen is hij met ons gezin uitgeweken naar klooster Sion. De bevrijding daar kan ik me nog wel herinneren. Dat hele klooster liep uit toen de Canadezen kwamen. Dat zie ik nog zo voor mij. De avond ervoor hebben we een heel spannend moment meegemaakt. Er kwam een hele colonne Duitsers binnen die zeiden dat we op de grond moesten gaan zitten. Toen heb ik wel angst gehad.
Het gevaar kwam toen echter niet alleen van Duitse zijde. In de buurt van Sion zijn ook wel boerderijen in brand geschoten en ook de molen van Wesepe brandde af. Als de Canadezen hadden geweten dat er zoveel Duitsers bij Sion waren hadden ze misschien daar ook wel op geschoten.
Ik herinner mij ook nog dat één van de Duitsers in het schuurtje was achtergebleven, gedeserteerd dus. Hij heeft zich later overgegeven aan de Canadezen. Er was een Duitse pater die deze man de hand schudde. Ik had het idee dat de abt daar helemaal niet blij mee was.”
