In de memoires van Kees Doolaard, destijds 22 jaar, onderduiker uit Rotterdam lezen we:
“Plotseling hoorde ik beneden langs de voorgevel iets schuiven en snoof ik de geur op van Engelse tabak. Nieuwsgierig boog ik mij uit het venster en keek naar beneden en zag daar langs de gevels in de straat, overal soldaten stil met het geweer in de aanslag, haast onhoorbaar, schuiven. Nu zag ik ook in de schaduw van de bomen beweging. Het bleef stil tot de meeste soldaten weer verdwenen waren in de richting van de spoorbaan.
Toen kwam er een auto met geallieerden de straat in rijden, wij waren bevrijd, terwijl er geen schot in de omtrek was gevallen! Hier en daar trokken de buren voorzichtig de voordeur open en keken voorzichtig en ongelovig naar de soldaten, die achter waren gebleven en de mensen met handgebaren maanden om binnen te blijven.” 1
- Bron: Collectie Overijssel ↩︎


(bron: Beeldarchief Gilde Deventer)